zaterdag 22 november 2008

Bijtanken


Niet lang geleden moest ik op zondag een lange rit maken. Omdat mijn ontbijt er bij ingeschoten was, en ik niet van honger houd, bleef er maar één optie over. Een optie waar ik niet echt blij mee was, maar ik had geen keus. Ik zou moeten bijtanken op het tankstation.

Mijn auto had ook dorst, dus ik zou het aangename voor de auto maar met het noodzakelijke voor mij combineren. Eten op tankstations in Nederland is mijns inziens namelijk te duur, en niet zo lekker. Te duur snap ik wel, want je moet als tankstation toch nog ergens je winst vandaan halen. De omzet van de benzine gaat namelijk al snel op aan alle accijns, BTW, indirecte belastingen, huur en personeel. De eerste twee bij elkaar zijn volgens stickers bij onze Duitse buur-tankstations al gauw 70% van de benzineprijs. Bij ons zal het wel niet heel anders zijn.

Niet zo lekker snap ik eigenlijk ook wel een beetje. Want langer houdbare spullen kun je langer in de schappen laten staan, en dus langer verkopen. Dat betekent vaak meer suiker of zout. Een uitzondering staat misschien in de koeling. Maar ook die broodjes gezond of met vlees zijn voor mij achteraf vaak te zout. Dagvers. Zou dat betekenen “vandaag”?

Zucht. Zoet of zout dus. Daar stond ik fijn kieskeurig te zijn. En ondertussen had ik honger. Geen broodjes? Geen saucijzending? Zelfs geen automaatkoffie? Koop dan maar een pak koeken. Of een reep chocolade. Dat stilt in elk geval de honger. Of indien dat niet lukt stilt het in elk geval de lust tot eten. Ik zag al op tegen de veel te zoete nasmaak in mijn mond. Want geraffineerde suiker ben ik thuis ontwend.

Niet helemaal tevreden met mijn zoete aankopen verschanste ik me weer achter het stuur. Zou ik het allemaal in één keer opeten? Die neiging heb ik wel vaak als ik honger heb. Waarschijnlijk zou ik dan na een korte opleving helemaal inzakken en ook geen energie meer hebben. Dat gebeurt me dan in dat geval. Voel ik me dan ook niet lekkerder door.

Een vriendin legde me pas haarfijn uit hoe dat zit. Je krijgt met zo'n rol koeken namelijk zo veel geraffineerde suiker binnen, dat je daar helemaal niets mee kunt. Eerst krijg je een suikerkick (lijkt op energie), en dan neemt je lichaam maatregelen. Geschrokken maakt het dan heel veel insuline aan om alle overtollige suiker weg te werken. Daarmee daalt je suikerspiegel weer diep, en is al je energie ook prompt weer weg. En als je pech hebt zet je lijf de overtollige suiker om in lichaamsvet.

Oog in oog met de chocolade kreeg ik een idee. Wat nu als ik alleen zoveel energie zou opeten als ik op dat moment ongeveer nodig had? Wat nou als ik gaandeweg af en toe een hapje zou nemen? Genoeg om de volgende tien kilometer te rijden, maar niet meer? De energie van zo'n koekje lijkt al bijna door je smaakpapillen binnen te komen. Dus het was het proberen waard.

Het vereiste wel discipline. Nee, niet de hele rol koekjes naar binnen slokken. Kleine beetjes.

In elk geval at ik zo elk hapje onderweg bewust. Steeds een klein beetje bijtanken. Alsof je voorzichtig een beetje hoog-octaan brandstof direct in de motor inspuit, in plaats van je tank met goed eten te vullen.

Maar het leek wel te werken. Ik had steeds net voldoende energie, geen echte behoefte om door te eten, bijna geen suikerkick, en geen volle onbevredigde koekbuik. Niet slecht.

Liever had ik wat meer echt eten gehad. Bij Italiaanse tankstations begrijpen ze dat vaak beter, met gegrilde paprika's, echte koffie verkeerd en fijne broodjes. De Duitsers doen het veelal ook niet slecht. Maar bij ons is het meest behelpen met noodeten. Raar eigenlijk. Want bij een diesel giet je toch ook geen superbenzine in de tank?

Geen opmerkingen: