dinsdag 7 februari 2012

Nee hoor, ik hoef niets

Ik wandel door Utrecht, ben gestrand op een doordeweekse dag. Overal winkels. Soms van dezelfde wel twee of drie keer een filiaal, op steenworp afstand van elkaar. Overal kan ik dingen kopen. Alles kan ik kopen. Alles behalve de gelukkige en of ontklede dames en heren die op meer dan levensgrote afbeeldingen aanprijzen wat en waar ik moet kopen.

Niet dat er heel veel mensen zijn om dingen te kopen. Het is een doordeweekse dag. Dan werken mensen. In elk geval de mensen die nog geld verdienen waarmee ze iets kunnen kopen. Die mensen komen pas in het weekend. Of op koopavond. Als de vaste krachten niet werken, maar juist de studenten.

Niet helemaal waar natuurlijk, want er zijn altijd wel mensen die wel vrij hebben. Of doen of ze vrij hebben. Maar zo 's ochtends kan ik rustig een uur een gesprek voeren met de winkelbediende terwijl er vrijwel geen andere klanten langskomen. Laat staan dat er iets wordt gekocht. Het kan vast wel uit. Anders was de winkel er niet meer. Dus vanmiddag zal het wel aantrekken met de klandizie, of wellicht compenseren de verkopen van de koopavonden en zaterdagmiddagen voor de rest van de week.

Overal staan spulletjes uitgestald. Stapels voorwerpen. Modieuze kledingstukken, design snuisterijen, electronisch speeltuig, boekerijen, drinkerijen, eterijen. Overal worden stil of minder stil waren aangeprezen. Met of zonder ontblote foto's. Wat mooi! Koop mij! Koop dit! Koop nog meer! Eigenlijk is de binnenstad veranderd in een grote continue middeleeuwse jaarmarkt.

Zoveel mensen die waren hebben gemaakt. Ook in het verre buitenland. Zoveel die het hier aanprijzen. Zoveel die concurreren om (mijn) tijd en aandacht. Allemaal om een beetje geld, of veel geld, en wat waardering te krijgen. Geld waarmee ze op diezelfde jaarmarkt, die bijna elke dag is, weer andere dingen kunnen kopen, van anderen. Anderen die ook aanprijzen, voor een beetje geld en aandacht. Om weer dingen te kunnen kopen...

Ik koop alleen niets. We hebben elkaar thuis beloofd deze maand niets te kopen, behalve als het nodig is voor onderhoud. Ik heb niets nodig. Ook niet wat ik misschien wel zou willen. Ik hoef het niet te kopen. Ik hoef het niet te willen. Ik hoef er geen tijd voor te maken in mijn dag, geen ruimte in mijn huis. Ik hoef niet. Ik ben blij.

vrijdag 1 juli 2011

En toch zijn Griekse Schulden Lucratief

Het Griekse parlement heeft eindelijk beslist. Met een krappe meerderheid. Bezuinigen moet dan maar, en verkopen van publieke instellingen ook. Zelfs al gaan Griekse burgers in grote getale al tijden de straat op in protest, en werkt de oproerpolitie overuren. Want, Griekenland kan anders haar schulden niet aflossen. Of eigenlijk, de rente daarover niet betalen. Want die rente is fors.

Op de vrije markt wordt voor een twee-jarige lening aan Griekenland nu meer dan 25% per jaar betaald. Op straat zou zo'n lening woeker heten. Alles behalve eerlijk. Zelfs de 16, 17, 18% die enkele maanden terug werd gebruikt om mee te dreigen was al onmogelijk hoog. Als je 18% op de volle 340 miljard euro schulden zou moeten opbrengen, kom je aan bijna 6000 euro rente per Griek, per jaar. Knap als je dan ook nog aan aflossen van je eigen hypotheek toekomt.

En waar gaat die rente dan heen? Naar de beleggers in Griekse schulden. Banken, hedge funds, verzekeraars, pensioenfondsen. Want die nemen de risico's, zo is het idee. De Grieken die op straat protesteren namen die risico's niet. Die dragen alleen maar de ingeschatte kosten van dat risico. Dat die hoog zijn is dan maar jammer voor ze.

Gelukkig springt Europa bij, en geeft tientallen miljarden als een goedkopere lening. De vrije markt hoeft maar een deel van de nieuwe leningen uit te schrijven. Maar, hier gebeurt iets grappigs.

Stel dat de vrije markt beleggers uitlenen tegen 20%, en dat de komende tien jaar kunnen volhouden, dan krijgen ze drie keer hun inleg terug in die tien jaar. Als ze dus met 25 miljard bijspringen, maken ze al 50 miljard van de Europese hulp op, gewoon aan rente. Als de rente opstapelt wordt het nog meer. Dus een fors deel van de bailout gaat linea recta naar de private investeerders.

Als die private investeerders nu onze pensioenfondsen zijn, dan komt het geld vanzelf bij ons terug. Wij betalen als rijkere Europeanen met onze belasting aan de Grieken. Onze pensioenfondsen vragen die bailout weer terug in de vorm van vette rente. En geen Griek die er een cent van hoeft te zien. En de echte risico's zijn met zo'n gegarandeerde bailout niet eens hoog, veel minder dan 25%. Grappig, he?

Wel jammer dat de Griek op straat er letterlijk de schuld van krijgt.

zaterdag 25 juni 2011

Eén Treinrit, Twee Werelden

“De vrouw en kinderen van een machinist mochten altijd, altijd gratis met de trein mee”.
Ze vertelt heel trots aan de puberende jongens die bij haar zijn. Ik denk dat ze hun oma is, hoewel het niet aan haar af te zien is dat ze die leeftijd al heeft. De jongens luisteren maar met een half oor.
“En weet je wat ik mocht? Hoorde je me? Weet je wat ik mocht? Ik mocht twee-keer-per-jaar naar Frankrijk met de trein! Zomaar!”

Ze klinkt ook alsof ze daar best een tijdje gewoond heeft. Met een licht Frans accent. De eerste jongen is al afgehaakt en verdwijnt uit mijn gezichtsveld tussen de treinstoelen. De andere zakt nog meer als een ontevreden zoutzak tegen het raam aan. Oma blijft dapper de aandacht trekken.

“Weet je dat mijn neefje pas op zijn elfde voor het eerst met de trein ging? Dus het is ook helemaal niet raar om voor het eerst met de trein te gaan als je al zo oud bent!” De jongen probeert een lichte glimlach te onderdrukken. Raak.
“Maar ik ben al bijna dertien” mompelt hij zo ontevreden mogelijk.
“Nou, je bent twaalf, en het verschil tussen elf en twaalf is niet zo groot. Dus! Helemaal niet vreemd!”
“Ik heb wel in een metro gezeten”
“Oh, echt, waar dan? In welke stad?”
“Pfff. New York.” Hij grijnst toch wel een beetje trots.
“Zooo. Niet zomaar een stad. Zal ik je een geheimpje vertellen? De laatste keer dat ik in een metro zat was in... Bangkok! Dus we hebben allebei in een wereldstad in de metro gezeten!

Het jongetje verbergt zijn tevreden grijns.

Ik vraag me intussen af hoe dit joch al bijna dertien is en nog nooit in een Nederlandse trein had gezeten. Maar wel in een metro in New York. Altijd met de auto gegaan? Zijn zijn ouders dan ook zo rijk? Of heeft dat er niets mee te maken? Stel dat hij een kind van heel rijke ouders is, en altijd in de watten gelegd. Of juist in een spartaanse Mercedes, maar dan wel de beste. Dan is dit voor het eerst dat hij ziet hoe “gewone” mensen in de tweede klas reizen.

Hoe dan ook. Hij komt blijkbaar uit een heel andere wereld, dan de forensen om me heen. En veel rijken leven inderdaad ook in een heel andere wereld. Toch wel goed van oma dan, om die twee werelden een beetje dichterbij elkaar te brengen. En het zo stoer te maken.

vrijdag 24 juni 2011

Hoera! Nog meer Miljonairs!

Ra ra hoe kan dat nu. Afgelopen jaar zijn er wereldwijd 8,3% meer miljonairs bij gekomen. In Nederland alleen al zijn er 113000. En dat terwijl de kranten alleen maar vol staan over bezuinigingen. Hoe komen die miljonairs dan aan het geld? Het was toch overal op.

Wat voor goede dingen zouden de miljonairs voor ons allemaal gedaan hebben om zoveel geld te verdienen? Hebben ze het wel verdiend? Sommigen vast wel.

Samen hebben de miljonairs ongeveer 42 biljoen dollar aan vermogen. Dat is bijna drie keer de Amerikaanse staatsschuld. Misschien heeft de hele wereld bij elkaar wel net zoveel staatsschulden als de miljonairs aan vermogen hebben. Grappig. Zouden ze ons in één keer uit kunnen kopen.

Maar ja, ik weet niet of de miljonairs dat wel voor ons willen doen. Wie weet werkt dat helemaal niet zo, financieel. Misschien zijn ze ook wel bang dat wij niet meer willen werken, als wij geen schulden meer moeten aflossen, en geen rente betalen. Of misschien hebben ze zelf ook wel grote schulden, die ze anders niet kunnen afbetalen. Al weet ik dan niet precies aan wie.

Wat kopen die miljonairs eigenlijk wel? Mooie auto's, huizen, juwelen, exquise eten, jachten, prive vliegtuigen, antiek en kunst... Jammer, dat maak ik niet en heb ik niet. Zouden ze ook nog een filmpje of column van mij willen kopen? Zij hebben nog wel geld in deze tijd van bezuiniging. Meer broodjes van de bakker hebben ze vast niet nodig. Je kunt er maar zoveel van eten. Bakker hoef ik dan niet te worden. Ook niet voor arme mensen, want die hebben straks toch geen geld.

Of nee, wacht, misschien willen de miljonairs wel broodjes kopen voor de niet-miljonairs, om aan hen uit te delen. Om een beetje te werken aan een positief imago: “Miljonairs zijn ook o.k.”

woensdag 22 juni 2011

Atoomstroom stop je niet zomaar

Angela Merkel – en andere geschrokkenen – willen toch liever niet door met atoomstroom. Dat snap ik. Want hoewel de kans op een Tsunami hier iets kleiner is, zou een atoomramp hier minstens zo erg uitpakken als nu is gebeurd in Japan. Dus de kerncentrales gaan dicht blijven in Duitsland. De enigen die daar echt niet blij mee zijn, zijn de energiebedrijven die al hebben geinvesteerd in de huidige kerncentrales.

Zoals Vattenfall (betekent in het Zweeds nota bene “Waterval” – lekker verwarrend), E.on, EnbW en RWE. Vattenfall zegt afgelopen jaar nog twee derde miljard euro in de te sluiten centrales gepompt te hebben. Ongeveer de helft van een kwartaalwinst van het bedrijf. Natuurlijk, als hun centrales niet door mogen hoeven ze ook geen uranium-belasting meer te betalen. Maar dat andere geld zijn ze dan kwijt – want geen atoomstroom-inkomsten meer. En zeker geen atoomstroom-winsten. Dat vinden ze niet eerlijk. En de rechters geven hen al gelijk. Want de staat gaat met het besluit in tegen de in de grondwet vastgelegde eigendomsrechten van de energiebedrijven.

Tja. Dat is wel een probleem. Eigendom. Want de grondwet is ook heilig. Dan toch maar doorgaan? En wachten tot het een keer echt mis gaat? Kan ook.

Of vergoeden we de energiebedrijven voor hun investeringen, zelfs al kunnen wij er ook niet zoveel meer mee behalve een “Wunderwasserland speelparadijs in een oude kerncentrale” van maken? Dat zou wel kunnen, afkopen. En dat is ook waarschijnlijk het minimum waarop de energieleveranciers nu aansturen.

Waar halen we het geld dan vandaan? Omdat we al moeten bezuinigen? Tja. Dat is ook een probleem. Toch maar doorgaan dan? En wachten tot...

Ach. Als we oorlog moesten voeren, dan zouden we het geld gewoon bijdrukken. Dan zouden we de verliezen uiteindelijk wel verhalen op de verliezer van de oorlog. En als die het dan niet meer had, dan drukten we wel weer geld bij in Marshall-hulp, om ze er weer bovenop te helpen. Dus het geld blijft dan gewoon uit het niets bij gedrukt. We werken er wel voor, dat wel.

Is onze behoefte aan schone, veilige energie niet ook te zien als een oorlog? Of in elk geval als een strijd? Maar dan eentje die niet tegen iemand is, maar voor ons allemaal? Juist Duitsland snapt het nu al. Dit is wel een goede strijd.

dinsdag 7 juni 2011

En Wat Kosten de Commerciële Netten Ons?

De publieke omroepen kosten ons per dag, per persoon ongeveer 13,7 cent. Per gezin twee kwartjes. Reken maar uit: 800 miljoen budget, gedeeld door 16 miljoen Nederlanders, gedeeld door 365 dagen. Drie televisiezenders krijgen we daarvoor. Kost minder dan het kabelabonnement of het televisietoestel zelf. Ik was nog even vergeten te zeggen dat de radiozenders en overkoepelende organisatie ook uit die 13 en halve cent gaan. Anderhalve cent voor de radio, twee-en-half voor organisatie. En negen voor de tv.

Hogerop is bedacht dat het goedkoper moet.

Hoeveel kosten de commerciële zenders ons eigenlijk? Je kunt zeggen dat die zichzelf bedruipen. Maar dat is niet echt waar. Want die zenders halen hun budget uit advertentie-inkomsten – commercials dus – en sponsoring. Die betalen wij uiteindelijk ook, door de producten te kopen waar die tv-spots voor gemaakt zijn. Dat reclamebudget zit gewoon in de prijs van je colaatje of volksbolide verwerkt.

Dus, wij betalen ook de omzet van de commerciële zenders, met z'n allen. Voor SBS (SBS6, NET5, Veronica) was dat in 2009 14% van 2,8 miljard, dus 392 miljoen. Voor RTL was het in 2010 476 miljoen. Samen is dat 868 miljoen. Daar is dan nog niet het maken van de commercials bij geteld. Want dat betalen wij wel – indirect in de productprijzen – maar de zenders niet. Moeilijk om dat bedrag te schatten, maar ik denk dat je gerust nog eens eenzelfde bedrag kunt rekenen als wat de zenders toucheren.

Eurosport, Discovery en National Geographic vergeet ik even voor het gemak. Dat het cijfer voor SBS wat ouder is en ook Belgie betreft ook even. Maar samen kosten de commerciëlen ons dus ruw geschat rond 1,7 miljard. Op 16 miljoen Nederlanders is dat 107 euro per jaar. Of 30 cent per dag per persoon. Ruim een euro per dag per gezin. Het dubbele van de publieken. We betalen het geld alleen aan iemand anders, en op een iets andere manier.

In plaats van een omroep-lidmaatschap of kijkgeld kopen we dan af en toe een colaatje met reclame-opslag.

woensdag 1 juni 2011

Omroepen Kosten Minder dan Drinkwater

Er is pas druk onderhandeld door de omroepen. Er zijn er namelijk te veel, is van bovenaf besloten. Want de omroepen kosten te veel geld. Of eigenlijk is er te weinig geld, want dat is overal ineens op. En dus is er ook te weinig om alle omroepen op dezelfde voet te blijven subsidiëren. In ieder geval moet het aantal terug. En daarom gaan omroepen samen doen, en fuseren. Want omroepen die hun best doen houden – misschien – meer over.

Maar dan, wat kosten de publieke omroepen en het hele gelaagde bolwerk er omheen de Nederlandse burger nu echt, per persoon?

Volgens het laatste cijfer dat ik kan vinden is het budget bijna 800 miljoen. Gedeeld door 16 miljoen potentiële belastingbetalers? Vijf tientjes per jaar per Nederlander. Dat is minder dan 14 cent per persoon per dag. En daar krijg je drie netten aan programma's voor. Kost minder dan het drinkwater waarmee je je bad vol gooit, 120 liter daarvan is al gauw 15 cent.

Per gezin kost de publieke televisie pakweg 50 cent per etmaal. Nog steeds drie netten aan niet commerciële keus. Veel goedkoper dan een bioscoopje. Goedkoper dan het kabelabonnement of het televisietoestel zelf. Goedkoper dan de blue ray-speler. Valt eigenlijk nog best mee, toch?

Huidig kabinet zou daar graag 200 miljoen op bezuinigen. Dat scheelt al gauw 15 cent per gezin per dag. Of twaalf en halve euro per persoon per jaar. Die krijgen we natuurlijk niet, want dat moet naar het begrotingstekort. Maar als we die nu wel terug kregen konden we daar net een DVD voor kopen, of twee in de aanbieding. Leuke compensatie, voor het wellicht verliezen van een heel televisienet.

maandag 30 mei 2011

Banken doen niet aan Monetaire Politiek

Banken doen aan geld verdienen. Ze zijn er niet in het spel om te zorgen dat onze economie gesmeerd loopt. Dat is alleen een zijeffect. Tijdens het opblazen van de bubbels helpen ze de economie, tijdens het leeglopen er van schaden ze de economie. Jammer dan. Dat is ook niet de taak van een bank.

Nee, een bank is er om geld te verdienen. Het is een bedrijf. En een bank verdient geld met rente vangen, en met premies. Niets anders. Dus de rente moet liefst zo hoog mogelijk zijn bij het uitlenen, en zo laag mogelijk bij het inlenen. En de premies moeten liefst zo hoog, zo vaak en zo veel mogelijk zijn. En de heen en weer geschoven bedragen waarover rente en premie berekend wordt moeten liefst zo groot mogelijk zijn. Want een percentage van een grotere som is ook groter. Zo simpel ligt het.

En rente verdien je over schulden. Dus voor een bank is het goed als er veel schulden zijn. Aan de bank dan, wel te verstaan. Op een aflossing verdient een bank niet. Op een rentebetaling wel.

Nu is een situatie ontstaan waarbij er veel schulden zijn. Maar niet alleen aan de bank, maar vooral ook van de bank – aan andere banken. En dat laatste schiet voor een bank niet op. Banken willen van hun schulden af. Hun schulden aan anderen dan. De schulden van anderen aan hen moeten juist blijven.

Of die schulden enigszins reëel zijn doet er niet toe. Of de schulden werkelijk betaald kunnen worden doet er niet toe. Of ze betaald worden – dat wel. Of het kan? Welnee.

Als de overheid bijspringt en bezuinigt? Prima! Als we met z'n allen ontslagen worden en toch meer moeten verdienen? Prima! Wel huizen moeten kopen en geen geld kunnen lenen? Graag! Niet het probleem van de bank.

De taak van een bank is overleven. Winst maken en verlies voorkomen. En dat doet ze zoals het nu is door de schuldenlast voor anderen zo hoog mogelijk te houden. En de rente daarover ook zo hoog mogelijk. Zo lang wij met z'n allen maar ja en amen zeggen is dat voor de bank prima.

Een bank is de eerste plaats uit op zijn eigen hachje. Dat is niet fout. Dat is logisch. Maar we moeten dan ook niet verwachten dat een bank uit zichzelf de beste oplossing voor onze gezamenlijke problemen zal aandragen. Dat is niet haar taak.

zaterdag 28 mei 2011

Laten we van Fair Trade een Pleonasme maken

Prachtig idee. Een van de mooie ideeën en teksten die de laatste weken allerlei reclameborden sieren. Voor een ideële, en ook commerciële instelling. Laten we van Fair Trade een Pleonasme maken.

Maar, wat is een pleonasme ook alweer? Ik ben de taal aardig machtig, maar ook bij mij duurde het toch nog een hartslag voor ik weer wist wat het betekende. Pleonasme is dat je iets dubbelop zegt. Twee keer hetzelfde. In dit geval dat Fair en Trade hetzelfde zouden betekenen. Dus eigenlijk staat er: Laten we Alle Trade Fair maken.

Misschien had ook iedereen het dan gesnapt. Ook oma van op de hoek. Ook Mien Dobbelsteen. Ook de Turkse bakker. Ook de immigrante uit Cuba – hoewel juist zij het waarschijnlijk wel wist. Ook de schilder. En ook alle andere mensen die een gewoon vak doen en vooral gewoon zijn.

Misschien verkoopt het idee dan ook wel beter. Eerlijke handel. Schone energie. Fijn leven. Als die grote “andere” bevolkingsgroep het ook mag snappen. En niet alleen de hoogopgeleide mensen met een ideaal. Want gewone mensen met wat minder opleiding hebben ook best idealen. En ze zijn ook best slim. Ze kennen alleen wat minder moeilijke woorden.

Dus voor de volgende keer: “Laten we zorgen dat alle handel echt eerlijk wordt.” Of zoiets.

donderdag 26 mei 2011

Moeder van een Vriend

Er zijn heel veel mensen gekomen. De meeste ken ik niet, die komen waarschijnlijk uit de “tuin”. De volkstuintjes waar ze zo vaak mogelijk bivakkeerde, samen met haar man. Maar er zijn ook veel van mijn eigen vrienden, die kenden haar ook. Of ze zijn er nu voor haar zoon, die een goede vriend van ons is.

Ze was geliefd. Nee, ze is geliefd. Nog steeds. Want veel mensen zijn erg van slag af. En dat komt niet alleen door de fijne, voor mij onverwachte keus van muziek. Pa troost zoon. Zoon troost pa. Een meisje achter hen, ik weet niet wie, is in tranen.

Vaak dachten we wel onderling, dat het goed zou zijn als ze haar zoon los zou kunnen laten. En hij haar. Het leek soms wel alsof zij geen bestaansrecht had als ze niet voor hem kon zorgen, en hij geen bestaansrecht had als er niet voor hem gezorgd moest worden. Er ging dan ook altijd wel iets mis met hem, of met zijn gezondheid. Zo was zijn moeder weer ergens goed voor. En hij, ontslagen van alle verantwoordelijkheid, behalve een afhankelijke zoon te zijn voor zijn moeder, was ook weer ok.
Dat leek ons helemaal niet gezond. Wel heel lief. Maar niet gezond.

Nu begrijp ik dat zij haar as over zee wil laten uitstrooien. Want dan is er geen plek op het land, waar een aandenken van haar overlijden blijft. Niemand hoeft daar aan herinnerd te worden. Niemand hoeft zich schuldig, verdrietig of verantwoordelijk te voelen. Ze wist dat ze moest loslaten. Misschien was het wel een voortdurend dilemma. Voor iedereen willen zorgen, en er ook zijn – dat was zo, want de zaal zit vol. En tegelijk geen last willen zijn, los willen laten.
Volgens mij is het haar gelukt. Zorgen en loslaten. Nu wij nog.

donderdag 3 februari 2011

Blokkendoos van Macht

Pia Dijkstra is vandaag boos in de krant. Ze verdenkt ons kabinet Rutte er van geheime afspraken gemaakt te hebben met de SGP. Over abortus enzo. In ruil voor stemmen en steun. “He?”, denk ik eerst even, “maar de SGP is toch helemaal niet zo groot?”.

Wat heeft Rutte daar nu aan? SGP denkt met je mee. Leuk. Maar waarom de andere kant op? De grootste partij wint,toch? En als je je aan die kleintjes wilt storen, waarom zou je dan met SGP mee gaan? Waarom dan niet met Pia en de D'66, of Groen Links, of Groen Rechts?

Je kunt toch ook leuk populistisch zijn? Of zie ik dat nu verkeerd? Maar eigenlijk weet ik inmiddels wel iets beter. Kleine partijtjes kunnen in ons blokkenstelsel van macht veel uitmaken. Want dat zijn het eigenlijk echt machtsblokken en blokjes. Een soort blokkendoos.

En bij elke stemming wint de hoogste blokkentoren. Dan kan een klein blokje dus best uitmaken, als de twee hoogste torens zonder dat blokje vrijwel even hoog zijn. Een “Swing vote”. Dat is dan stiekem een machtig klein blokje, zo ineens. De Armeens-Britse zakenman Gulbenkian bepaalde zo ooit hoe de olie van Iraq en Saudi Arabie werd verdeeld. Zelf hield hij maar 5% van de aandelen, terwijl de rest naar de nu grootste oliemaatschappijen ging. Vijf procent. Niet veel. Maar als de anderen het oneens waren kon hij besluiten welke kant het op ging. En rijk werd hij in elk geval. Maar dat is iets anders.

Natuurlijk is de macht van zo'n blokje er alleen als een partij ook echt als één blok stemt. En een coalitie, geheim of niet, werkt alleen maar als alle partijen van de coalitie ook gelijk stemmen. De hoogste toren krijg je alleen als je blokken stevig genoeg zijn, en als al jouw blokken ook aan jouw toren stapelen. Een stevige coalitie is dus zoiets als een stevige blokkendoos.

Andere blokjes in jouw doos lokken om je zin te krijgen, tegen beloftes ook hen eens te helpen is heel logisch. Ook als dat eigenlijk tegen je eigen partij-agenda in zou gaan. Moet je niet al te snel toegeven dan, natuurlijk.

Politiek kan zo belangrijker worden dan de zaak waarover gestemd wordt. Vaak zelfs. Soms vind ik dat wel jammer. Misschien politici in de blokkendoos ook wel.

Of Dijkstra gelijk geeft, weten we nu nog niet. Misschien heeft Rutte inderdaad wel afspraken gemaakt met de SGP. “Zeg eh... als jullie nou gewoon lekker met ons mee doen, en steeds voor onze voorstellen stemmen zolang ze door de Bible belt kunnen, dan eh... doen wij iets leuks voor jullie als een anti-abortus-wet voorkomt”. Dat zou inderdaad best kunnen. Misschien doet Rutte daarom inderdaad afhoudend als het abortus of ivf betreft. Houd SGP maar te vriend.

Maar het zou ook kunnen dat Rutte helemaal nog geen afspraak rond heeft. En dat hij alleen maar niet géén afspraak heeft gemaakt. Niet – geen. Dat is al bijna wel. SGP blij. VVD blij. CDA blij. PVV blij. Kabinet blij. Dijkstra boos. Maar al het er eenmaal op aankomt, dan heeft niemand een poot om op te staan. Mooi toch?

dinsdag 16 november 2010

Gratis!

Hij doet het niet. Hulpeloos kijk ik naar de chauffeur van de bus.
“De OV-chipkaart doet het niet”, zeg ik.
Even kijkt hij me verbaasd aan.
“In de stad is het gratis”, zegt hij.

Ik ben in Alkmaar. Op één van de laatste dagen van het steeds weer verlengde experiment met gratis openbaar stadsvervoer. Ik hoef dus niet te betalen. Dat is wel fijn. En een beetje vreemd. Daar zit ik in een schone bus – van binnen dan – die me zomaar een half uur lopen gaat besparen. En ik betaal niets, alleen een beetje vriendelijkheid.

Ooit las ik daar wel een boekje over, van Dr. Michel van Hulten. Hij vocht jaren lang, ook in de kamer, voor gratis openbaar vervoer, en rekent ons voor dat het ons heel veel kan opleveren. Het leidt tot meer gebruik van openbaar vervoer, en geeft dus minder vervuiling en files. Maar ook in financieel opzicht. Het hele OV-chipkaart systeem, met bijbehorende poortjes, controle-apparaatjes, oplaadpunten en verkooppunten hoef je dan ook niet meer te betalen.

Echt gratis is het natuurlijk nooit. Je betaalt zo'n gemeenschappelijk vervoer toch uit belastingen. Net als dat met onze snelwegen gebeurt. Dus je betaalt dan vooraf – of achteraf, met je belasting. Maar als je instapt niet meer. Je hebt dan een soort levenslang abonnement met kosten naar draagkracht.

Zou het gewerkt hebben? Hier in Alkmaar stoppen ze blijkbaar. “Werkte het nu een beetje?”, vraag ik aan de chauffeur. Hij twijfelt even en haalt zijn schouders op. “Om eerlijk te zijn, voor ons hoeft het niet zo”, hij klinkt boos en beschaamd tegelijk. Hij legt uit dat er relatief veel hangjongeren gebruik gingen maken van de bus. Die reden dan maar heen en weer, en maakten de bus heel ongezellig. Of misschien wel te gezellig. Bij mij doemt een beeld op van beschonken party-gangers en zwervers die een beetje warm proberen te worden. Tja, dat krijg je dan natuurlijk ook.

De chauffeur kijkt even peinzend voor zich uit. “Maar het is wel jammer eigenlijk. Want je zou er veel meer mensen het openbaar vervoer mee in krijgen”. Hij vindt het echt jammer, zo te zien. Ik maak maar een grapje over dat je misschien niet alle soorten mensen het OV in wilt.

Maar ik voel met hem mee. Dat is toch bizar. Dan is iets gratis, en dan lijkt het direct ook behandeld te worden – door sommigen – als waardeloos. Maar gratis en waardeloos is toch niet hetzelfde? Het is wel een terugkerend thema in onze maatschappij. De dingen die echt gratis zijn worden vaak ook eerder verwaarloosd. De eigendommen staan er vaak beter bij. Dat roepen de voorstanders van markt en kapitaal dan vaak. Als je iets moet betalen, dan zorg je er ook beter voor.

Maar is dat wel echt waar? De betaalde trams en metros waren ooit net zo'n puinhoop door vandalisme. Op de best dure trein vanuit Parijs ben ik ook wel bijna beroofd door een heel erg stinkende zwerver. Op de stations in Amsterdam staan er 's nachts ook cordons van bewakers bij de ingangen om de veiligheid en het materieel te waarborgen. En eigendommen worden soms ook best verwaarloosd als de eigenaar er geen geld meer voor heeft – kijk maar naar elke willekeurige vervallen wijk.
Nee. Ik geloof eigenlijk niet dat het komt door wel of niet betalen. Jongeren en dronken lui zoeken toch grenzen op, of ze nu betaald hebben of niet. En zwervers zoeken toch wel desperaat naar een plek om te slapen of het warm te hebben.

En daar heb je controle voor nodig. En regels van beleefdheid en redelijkheid. Al was het maar in de vorm van een vriendelijke conducteur, die je netjes de trein uitzet als je het te bont maakt voor andere reizigers. Eentje die daar ook gewoon regels en bevoegdheid toe heeft. “Nee mijnheer. Deze trein is gratis, want u heeft er al voor betaald met uw belastinggeld. Nu ja, u misschien niet. Maar we verwachten wel wat beleefdheid van u. Anders moet ik u toch echt de deur wijzen.”

Ja, zo'n gratis openbaar vervoer conducteur spreekt me wel aan. Die kan je dan direct vertellen waar je je volgende overstap het best kunt doen. En misschien vragen of je het naar je zin hebt. Want kaartjes hoeft hij – of zij – dan toch niet meer te knippen.

woensdag 27 oktober 2010

Holle Bolle Gijs

“Papier hier, papier hier”. Holle Bolle Gijs in de Efteling heeft nooit genoeg. Kinderen, ook de mijne, en hun ouders gooien graag iets in zijn mond. Dan zegt hij dankjewel. En even later heeft hij weer honger. Holle Bolle Gijs helpt heerlijk om te zorgen dat het schoon is. Want hij drijft mensen tot opruimen, en netjes zijn. Maar Holle Bolle Gijs heeft nooit genoeg. Er moet altijd meer in, ook als alles al is opgeruimd.

Holle Bolle Gijs lijkt een beetje op onze gezamenlijke banken, investeerders, kapitaalmarkten en speculanten. Ook zij helpen om te zorgen dat onze corvee gedaan wordt, door geld te investeren en dat vervolgens weer terug te eisen met wat winst er bij. Dat zorgt dat ondernemers wat harder werken, wat harder opruimen, wat harder produceren, wat drukker verhandelen, wat meer innoveren. Opgejaagd om toch maar die aflossing en rente op te brengen.

Maar ook deze Holle Bolle Gijs heeft nooit genoeg. Dan roept hij steeds harder – “papier hier, papier hier”. Waardepapier dan, natuurlijk. Er moet altijd meer in, ook als alles wat we willen al is gedaan.

Stel je voor dat je Holle Bolle Gijs echt tevreden probeert te stellen. En dat je hem iets voedzaams probeert te geven. Een stuk vlees of zo. Dan roept hij natuurlijk ook nog steeds dat hij honger heeft. Stel je voor, dat lief moedertje Gemeente dan langskomt, en hem voert. Want zij is zorgzaam. Ze voert hem alles wat er is. En als er niets meer is, dan voert ze hem wel een stukje van zichzelf. Zoals de kok die zo lekker voor de koning kon koken. Toen hij geen vlees meer had, stoofde hij zijn eigen voet. En toen zijn been. Enzovoort. Tot er niets over was. Dat doet dit lief moedertje Gemeente ook. Tot er niets van haar over is. Want aangenomen kindje Holle Bolle Gijs moet wel blijven groeien.

Stom? Hoezo? Dat doen Staat en Gemeente toch ook echt? Zij verkochten onze Nuts-bedrijven, en onze grond aan privé-partijen. Privatiseren heet dat. Soms werden er nog wel goede prijzen voor gehaald ook. Zo zag dat er op het moment van verkoop in elk geval uit. Goed, soms is de Staat nog echt aandeelhouder. Maar vaak genoeg is het recht gewoon echt verkocht. En gemeentegrond is ook maar beperkt – tot je je gemeente uitbreidt tot zijn uiterste grens.

Een paar jaar terug had moedertje Gemeente geprobeerd wat van haar wonden te laten helen in een kuuroord op IJsland. Icesave, zeg maar. Maar dat ging mis. Een andere Holle Bolle Gijs at haar arm daar op. Niets aan te doen. De plaatselijke Holle Bolle Gijs schreeuwde toen weer heel hard dat die ook werd opgegeten en nu nog meer honger had. Dus snel gooide vadertje Staat flink wat waardepapier in Gijs. Maar Gijs blijft roepen. Nu praten moedertje Gemeente en vadertje Staat welk been ze dan maar eerst zullen afzagen. Allebei eentje? Dan kunnen ze nog samen hinken tot Gijs weer begint te groeien. En als Gijs, onze financiële economie, weer groeit, dan gaat het vast beter. Dan gaan mensen weer produceren, opruimen, dingen doen. En misschien zelfs kunstbenen voor hen bouwen.

Maar Holle Bolle Gijs begon alweer te roepen. “Rente, rente, winst, winst, er was mij beloofd... ik wil meeeeer. Hongerrrr...”

Bah. Ik vind dit sprookje te gruwelijk. Kunnen vadertje Staat en moedertje Gemeente niet doen als alle gewone ouders in de Efteling? Die kijken of er nog papier of rommel is om in Gijs te gooien. En als er niets meer is geven ze Gijs en hun kinderen een aai over de bol. Straks als er weer rommel is voeren we hem wel. Ga maar spelen, en laat Gijs maar even roepen. Gijs heeft toch altijd honger.

dinsdag 26 oktober 2010

Gecensureerd

In Onze Wereld van deze maand staat een artikel over China. Dat land dat nu steeds in ons nieuws is, niet omdat het zo groot is, maar omdat het het land is waar de economie nog wel echt goed lijkt te gaan. Dat maakt ons jaloers. Ook omdat er veel van onze spulletjes worden gemaakt. En het is natuurlijk weten we allemaal, een nog steeds half communistisch land, met veel censuur.

Het artikel gaat over een dating show in China, en is geschreven door een Amerikaanse schrijver. Hij had mee gedaan met de show, waarin niet wordt geschroomd om dames te lokken met veel geld en andere kapitalistische waarden. En hij won warempel een date met één van de vierentwintig dames. En de dame met hem. Dat maakte hem de eerste buitenlander die won. Een Amerikaan met een Chinees meisje, in China, tijdens de huidige economische spanningen. Maar uitgezonden werd hij niet.

Zijn fragment was weg gecensureerd. “Omdat hij succes had”, vertelde het netwerk hem. Dat mocht dus niet. Maar, zo legde de regisseuse al aan hem uit: “je mag in China alles zeggen, zolang je niet populair bent”. Als je te veel publiek begint te trekken, dan worden de autoriteiten pas zenuwachtig. Zo werd een programma over woningtekort, dat ging over corruptie en uit de hand lopende huizenprijzen pas van de buis gehaald toen het te veel kijkers trok.

Hier in Europa mag je ook alles zeggen. Maar ook hier mogen sommige zaken niet te populair worden. En dan hoef ik nog niet eens aan politieke issues te denken. Bij een commerciele show over het gebrek aan properheid van snackbars en restaurants maakte ik mee hoe een aflevering werd afgelast. De stad die aan de beurt was had namelijk alleen schone restaurants. En de serie was gespitst op viezigheid. Dus de zender wilde deze aflevering niet. Was dat voor de adverteerders van schoonmaakmiddelen? Censuur censuur? Ik weet het niet. De schone stad haalde de buis niet.

Julian Assange liet honderd-duizenden geheime documenten over de oorlog in Iraq op internet zetten. Over alles wat er mis ging en gaat. De Amerikaanse staat neemt hem dat niet in dank af. Natuurlijk, de documenten waren geheim. Maar ze gaan ook over een werkelijk probleem. Een probleem dat de westerse alliantie in Iraq liever stil zou willen houden. Censuur? Door de documenten in eerste instantie geheim te houden wel. Nu? Het wordt Julian Assange op dit moment heel moeilijk gemaakt in de media.

Integratie was ook in de jaren negentig al een hekel punt. Een journalist vertrouwde me toen toe dat je niet mocht zeggen dat de integratie niet lukte, of dat er op zijn minst flinke problemen waren. Hij stak toen zijn nek maar eens wel uit. Censuur? Inmiddels is de situatie veranderd, maar zinvolle dingen er over zeggen zonder te verdrinken in breed publiek debat is moeilijk.

Sarah Wagenknecht probeert in voormalig oost Duitsland een lans te breken voor de minder bedeelden. En ze is heel fel over het in die zin falen van onze markteconomie en onze kapitalistische maatschappij. Haar partij Die Linke won flink in de afgelopen verkiezingen in Berlijn. En aanvallen op haar retro-”communisme” namen toe. Censuur? Niet precies. Maar haar boodschap horen wordt wel moeilijker tussen de aanvallen van de rechtse(re) media door.

Wij kunnen in de vrije westerse wereld alles zeggen. Net als in China. Maar hoe meer mensen er (kunnen) luisteren, hoe meer andere belangen gaan spelen. En dan wordt écht alles zeggen moeilijker. Misschien niet net als in China. Maar misschien zijn de verschillen ook wel minder groot dan we onszelf willen laten geloven.

dinsdag 7 september 2010

Modieus

Drie meisjes kijken me trots aan. Drie foto's, in de krant.
Hun voeten staan een beetje naar elkaar. Hun jurkjes zien er modieus uit.
Ze lachen vriendelijk maar een beetje schuchter.

Ik ben geloof ik op de mode-pagina aangeland. “Fotografen hebben de jacht geopend op de gewone, maar opvallend gekleed passant” staat er. Ja dus, mode. Volgens het artikel hebben modehuizen ontdekt dat consumenten wel graag naar modellen kijken, maar dat dat nog niet betekent dat ze de aangeprezen mode daarom gaan kopen. Mensen kijken liever naar wat andere mensen op straat dragen.

Dus daarom maken fotografen nu foto's van de trendy passanten op straat. Ik kijk nog eens naar de plaatjes. Zijn dat geen modellen? Dan hebben deze gewone meisjes op straat ook al te dunne benen. Natuurlijk zijn ze mooi. Echt wel. Maar iets minder dun waren ze dat minstens zo. En dan had ik me ook geen zorgen gemaakt over hun gezondheid. Nu vind ik dat toch wel een beetje eng, zo dun.

En wat staan ze eigenlijk voorzichtig. Zijn ze toch een beetje verlegen? Dat zou kunnen. Proberen ze als schoolmeisjes over te komen? Of schrokken ze een beetje van de aandacht van de fotograaf? Hij – of zou het een zij zijn? – heeft ze er wel mooi uitgelicht op gezet. Net echte modellen.

Hoe zouden ze geronseld zijn?
“Hallo, wil jij je foto op internet?”
“Nee, je hoeft je kleren niet uit te trekken hoor. Je moet ze juist aan houden.”
"Zet je tenen even naar elkaar toe, alsof je gaat omvallen, ja zo."
Zou het iets schuiven? Leuke bijverdienste als je geplaatst wordt? Kans op een mode-cheque? Gratis bezoekje aan de catwalk? Of alleen de roem?

En hoe zorgen ze eigenlijk dat deze argeloze passantes de juiste kleding aan hebben? Als ze iets van het Waterlooplein dragen werkt het natuurlijk niet genoeg. Dat is nu net geen vermogende sponsor. Je moet wel weten welk merk je fotografeert, anders werk je gratis. En dat kan niet echt de bedoeling zijn.

Of zouden de fotografen wat merkkleding van hun – potentiele – opdrachtgevers mee hebben? Zodat de voorbijgangsters die aan kunnen doen? En een pashokje om de hoek. Welke hoek? Bij een modieus evenement in elk geval. Je zou ook van tevoren wat modellen kunnen aanschrijven. Weet je zeker dat het een goede foto wordt. Zou niet de eerste keer zijn dat een reclame-bureau doet alsof iets van de straat komt. Terwijl ze het zelf in scene hebben gezet.

Oh nee. Dan was het niet echt he?